Vermomde Maya-goden in San Juan Chamula
Een van mijn mooiste mirakelse ervaringen in Mexico: een bezoek aan de Iglesia San Juan in Chamula, in de hooglanden van de staat Chiapas. De kerk lijkt weliswaar rooms-katholiek, maar alleen voor zondagsmissen en dopelingen komt een ‘echte’ priester langs. De Maya-rituelen van de Tzotzil overheersen de rest van de tijd: 24/7, dag en nacht.
Duizenden kaarsjes flakkeren er binnen in de San Juankerk, op tafels en op de met dennennaalden bedekte grond. Kerkbanken staan er niet. De lokale Tzotzil, een Maya-volk, die hier komen bidden, doen dat knielend op de grond. Vrouwen lopen met aardewerken wierookvaten rond; het licht van de kaarsjes doet de wierookwolken mysterieus oplichten in het donker. Aan talloze katholieke sacramenten en rituelen hebben de Tzotzil geen boodschap. Ze laten zich dopen, maar trouwen doen ze gewoon thuis; Kerstmis vieren ze niet want verjaardagen, ook die van Jezus, zijn niet gepast. Mensen komen eerder naar de kerk voor genezing dan voor verlossing van zonden. De Tzotzil hebben daarvoor hun eigen speciale helpers.
Sjamanen
Zitten de Tzotzil ergens mee, dan voeren ze geen ritueel uit zonder diagnose van de lokale curanderos (sjamanen). Zij stellen vast of een aandoening medisch, psychologisch of spiritueel is of te wijten aan het Boze Oog. Veel problemen zijn feitelijk hartklachten, zo vertelt mijn gids Manuel. Het idee is dat je alleen iets moet doen met je volledige hart en niet half half met twee harten, halfhartig zogezegd. Daar moet je ook niet iemand anders toe dwingen, want dan kan er iets naars gebeuren. De traditionele genezingsrituelen die de medicijnmannen uiteindelijk voorschrijven kunnen nogal uiteenlopen, net als de te brengen offers. Van kaarsjes in preciese kleuren en maten, specifieke bloemblaadjes tot botjes, eieren en veren of een levende kip. Al die zaken worden naar de genezingsceremonie gebracht.
Coca Cola
Zo komt het dat overal in de kerk groepjes, vaak families, rituelen zitten uit te voeren. Ze hebben een stuk van de vloer vrijgemaakt om daar kaarsjes met was aan de vloer te plakken en een verzoek aan een hogere macht te doen. Na het prevelen van de gebeden, bijna gezangen in de lokale taal, vaak wiegend en met de ogen dicht, soms huilend en regelmatig kruisjes slaand, is het gebruik om el pox (een huisgemaakte likeur van maïs, suikerriet en tarwe) en Coca Cola (‘zwart water’) te drinken. De sacrale likeur zou sowieso de doorgang van de gewone naar de bovennatuurlijke wereld en naar de voorouders vergemakkelijken. Daarbij verhelpt het diverse kwalen. Pox is Tzotzil voor ‘medicijn’ of ‘genezing’ en kinderen drinken het net zo goed. Het recentere gebruik van cola heeft hetzelfde effect, want het vergemakkelijkt opzettelijk boeren, waarmee je negatieve energieën verjaagt, en je dronkenschap vermijdt.
Soms is het nodig dat de sjamaan zelf bij de ceremonie is. Hij kan zijn handen dan op de zieke leggen en de kwalen, de kwade energieën of zonden overdragen naar een ei of kip die hij over het hoofd zwaait. In extreme noodgevallen doden de betrokkenen de kip direct in de kerk, simpelweg door haar nek om te draaien. Het idee is dat zodra het dier sterft, de aangedane persoon verlost is van alle ellende.
Wierook van kopal
De kerk mag vernoemd zijn naar San Juan, Johannes de Doper, maar Manuel leert me al snel dat dat niet de enige reden is dat hij en niet Jezus op de plek van het hoofdaltaar staat. Onder invloed van de Spanjaarden gingen de Tzotzil de Zon met God de Vader of Jezus en de Maan met de Maagd Maria associëren. Een vergelijkbaar verhaal gaat op voor de andere katholieke heiligen die aan weerszijden van de kerk, in vitrines en op tafels, opgesteld staan. Met hun bleke gezichten en donkere ogen van hout of gips en kledij die koloniale en lokale invloeden verraadt, zou je ze vermomde Maya-goden kunnen noemen. De kaarsen die de Tzotzil branden, hebben verschillende kleuren en dienen daarmee uiteenlopende goden en doelen. Kopal (hars) brandde de lokale bevolking al voor de komst van de Spanjaarden als wierook in sacrale ceremonies en de dennennaalden op de kerkvloer verwijzen naar hun verering van de dennenboom. Ze staan symbool voor het verband tussen de aarde en de hemel.
Heiligen met spiegels
Anders dan deze mix van inheemse en katholieke geloofsideeën en rituelen syncretisme te noemen, is het waarschijnlijk eerder een slimme overlevingsstrategie van de Tzotzil. Zo fopten ze de katholieke missionarissen en konden hun eigen cultuur behouden, een mechanisme dat ook onder de voormalige slaven op de Antillen goed werkte. Tegelijkertijd dachten de Spaanse katholieken van hun kant door enige souplesse grip te krijgen op de lokale bevolking van Mexico. Hoe dan ook verklaart het waarom hier in Chamula geen heilige zonder spiegel voor de borst staat. Voor biechten of het afsmeken van zegen is dat het enige dat de Tzotzil nodig hebben. Ze reflecteren letterlijk zichzelf zodat ze hun eigen zonden aanschouwen en daarover onmogelijk kunnen liegen. Daarbij weren spiegels ook nog eens het kwaad af en vormen ze portalen naar de bovennatuurlijke onderwereld. Het strenge verbod op fotograferen binnen de kerk houdt daarmee verband. Camera’s zouden de toegang tot de portalen kunnen verstoren vanwege de ingebouwde spiegels. Dat is ernstig want de zielen die tijdens het bidden de lichamen van de gelovigen verlaten, kunnen alleen door reflectie van de spiegels terugkeren naar de plek waar ze vandaan kwamen.
Spirituele leider
Voor alle duidelijkheid: de inheemse Tzotzil zijn niet alleen de baas in de San Juankerk, hun belangrijkste godshuis, maar in de hele gemeente Chamula, feitelijk een groep verspreide dorpjes. Sinds de Spanjaarden hier zo’n vijfhonderd jaar geleden langskwamen en het nabije Ciudad Real (later San Cristóbal de Las Casas genoemd) vestigden, hebben ze zich nooit gewonnen gegeven. Talloze opstanden en revoluties vonden in hun bergachtige regio plaats. Veel later kregen de Mexicaanse autoriteiten ze ook niet onder de duim. Met zo’n 80.000 zielen vormen ze een autonome regio, met hun eigen politie en militairen. Hoe arm ook, de Tzotzil zijn fier op het behoud van de eigen cultuur. De enkelingen die wat rijker zijn, staan graag op de wachtlijst om een jaar lang de rol van spirituele leider van de San Juankerk op zich te nemen. Het kan wel tien jaar duren voor iemand aan de beurt is, maar die tijd is wellicht nodig om te sparen. Als leider moet je namelijk aardig wat geld meenemen. Je bent niet alleen verplicht om de kerk schoon te houden, maar ook de dennennaalden op de vloer elke twee weken te vervangen en te zorgen dat er genoeg kaarsen, likeur en voedsel is voor de ceremonies. Al met al een rekening van zo’n 10.000 dollar. Je sociale status gaat er wel op vooruit als je het zover schopt binnen de lokale religieuze hiërarchie.
Heilige planten
Fotograferen mag dan binnen de San Juankerk verboden zijn, zonder beeldmateriaal kom je hier niet weg. Alleen de aanloop naar de kerk van Chamula is al fotogeniek. Het portaal met zijn boogdeur is rijkelijk versierd met blauw-groen geverfde bloemen. Een houten Jezuskruis tegenover de kerk in dezelfde kleuren doet het goed als plek voor selfies. Op het pleintje rondom is het druk met verkopers van souvenirs en etenswaren, allemaal Tzotzil in de lokale dracht. De vrouwen veelal met hun huipil, kleurige blouse, en gevouwen doek over het hoofd, soms met een kind op de rug. Links van de kerk ligt een kleine botanische tuin met heilige inheemse flora. Vele kruiden worden als heilige dingen gezien, volgens Manuel, omdat ze voor verlichting van problemen en ziekten zorgen. Daarbij kennen planten en bomen ook religieuze toepassingen, denk maar aan het gebruik van dennennaalden en kopal (hars). Voor wie een beetje vertrouwd is met kloostertuinen en de Bijbelse associaties bij planten allemaal prima te begrijpen. Het is vooral binnen in de San Juankerk dat je wel wat uitleg kunt gebruiken.
Praktisch
- De Iglesia San Juan in Chamula is het eenvoudigst te bereiken vanuit San Cristóbal de las Casas, en een bekende toeristische trekpleister, zo’n tien kilometer zuidoostwaarts. Vaak is een stop bij de San Juankerk onderdeel van een excursieprogramma in de regio, maar vanuit San Cristóbal is het godshuis ook eenvoudig zelfstandig te bereiken. Met de bus (vanaf het marktplein), de gedeelde collectivo (te vinden op de kruising van Calle Honduras en Avenida 16 de Septiembre) of privétaxi.
- Een fijne accommodatie is Hotel Na Bolom annex museum. Gevestigd in het voormalige onderkomen van twee antropologen wordt respect voor lokale cultuur sterk uitgedragen.
- Entreegeld was in 2023 30 pesos per persoon. Een gids is aan te bevelen om rituelen binnen de kerk te kunnen duiden. Losse gidsen bieden buiten de kerk hun diensten aan. Maak vooraf duidelijke afspraken over de duur van zijn werk en de verdiensten.
- Binnen in de kerk zijn foto’s, video’s en uitingen van genegenheid jegens de partner absoluut taboe. Riskeer vooral geen boete, inbeslagname van je camera of gevangenisstraf. Die ene foto van de binnenzijde die je hier ziet, komt van een lokale site. Ja, vreemd genoeg.
- Op zondag is het extra druk op het plein voor de San Juankerk omdat dan de grote weekmarkt gehouden wordt. Mooi zicht op het bonte spektakel heb je vanaf het hoge terras van Restaurant El Mirador, schuin achter de San Juankerk. Lekker eten daar ook.
- Nog drukker is het ten tijde van de heiligenfeest van San Juan, elk jaar op 24 juni. Tienduizenden pelgrims komen dan naar de kerk in Chamula. Je treft het met extra processies en muzikanten.
- Geen Mexicaanse cultus is bekender is dan die van de Dag van de Doden, de feestdag waarop Mexicanen het leven van hun voorouders vieren met bloemen, eten, drank en muziek. Een bezoek aan de begraafplaats van de Tzotzil in Chamula is dan zeker een bijzondere belevenis, maar ook op gewone dagen zijn de bontgeverfde houten kruisen op de graven rond een vervallen kerk indrukwekkend. De begraafplaats ligt vanaf de grote weg aan het begin van het dorp rechts.
________________________________________________________________________________________________________________
Deze blogpost bevat affiliate links.
Geplaatst in Latijns-Amerika
Gelabeld met Hotspots, Weetjes