Gied ten Berge – Vredespelgrim zoekt verbinding en betrokkenheid
Palestijnse christenen deden jaren terug een oproep aan religieus gemotiveerde toeristen naar ‘het Land’ om ook bij hen te komen kijken. Decennialang bleven ze te veel uit beeld en de financiële opbrengsten van pelgrimages en toerisme kwamen bovendien eenzijdig in Israël terecht. Het Palestijns christelijke ‘Kom en zie’-initiatief prikkelde socioloog, theoloog en vredesactivist Gied ten Berge (72) zodanig, dat hij er een heel promotieonderzoek aan wijdde. ‘Voor wie of wat pelgrimeer je eigenlijk?’, is een van de vragen die hij stelt.
Het gesprek begint met een bekentenis van mijn kant. Ik ben net bezig met het regelen van een pelgrimage, een stuk van de Münchner Jakobsweg in Duitsland, maar een doel heeft het allemaal niet. Na het lezen van Gieds proefschrift Pelgrimeren met een missie voelt dat bijna bezwaarlijk. Gied stelt me meteen gerust: “Haha, ik bedoel helemaal niet te moraliseren met mijn onderzoek. Het betekent geen veroordeling van degenen die niet direct een goed doel voor ogen hebben. Het idee om het motief ‘pelgrimeren met een missie’ in mijn onderzoek te bestuderen, kwam van mijn promotor Paul Post, ook geen moralist trouwens. Op de weg naar Santiago de Compostela zie je steeds meer dat mensen lopen of fietsen bij wijze van sponsortocht voor een goed doel. Antropologisch bezien is dat een interessante tendens. Vormt dit een reactie op de pelgrimage als zoektocht naar het authentieke zelf? Zo wordt pelgrimeren wel door veel mensen ervaren. In elk tijdsbestek geven mensen echter op een andere manier invulling aan het pelgrimeren.”
Vredescamino versus kruistochten
“Ik heb in 2005 zelf de camino gefietst – van Vézelay tot Moissac, samen met mijn vrouw Wantje Fritschy. Zij werkte als historica aan de Vrije Universiteit. Samen schreven we er een boek over: Pelgrimeren naar de Morendoder. Toen zij onderweg hoorde over die bijnaam van Jacobus viel ze bijna van haar fiets. Ze wilde daarom de oude verbanden tussen de Abdij van Cluny en de pelgrimsweg naar Compostela uitzoeken. Die bleken niet te herleiden tot de Reconquista, de herovering van Spanje op de Moren. De verhalen over Jacobus als hemelse strijder tegen de islam dateren pas uit de elfde eeuw, afbeeldingen van de Matamoros zijn van nog veel later. Het ging de abten van Cluny om het indammen, met religieuze middelen, van het vele geweld tussen de rivaliserende ridders. Dat heette de ‘Godsvredebeweging’. De ridderstand kreeg zo de verantwoordelijkheid om de pelgrims onderweg te beschermen. Dit heeft inderdaad civiliserend gewerkt en rust gebracht. Overal langs de route verrezen kathedralen. Je kunt zeggen dat de Godsvredebeweging een middeleeuwse vredesbeweging was. De kruistochten waren heel anders, daarom noem ik die in mijn boek expliciet ‘gewapende pelgrimages’ vanwege de onzalige mix van devotie en machtspolitiek.”
“Het is interessant om de oorspronkelijke motieven van het pelgrimeren – het gaan met een boodschap, het ontmoeten en de ander, een beter mens willen worden – nader te bekijken, zowel op de camino, als bij de vredespelgrimages waartoe Palestijnse christenen oproepen. Wat die precies voorstaan? In het Kairos-document van 2009 vragen ze aandacht voor hun hopeloze situatie, het permanent moeten leven onder Israëlische bezetting. Ze zoeken daarom het gesprek met pelgrims, hopen dat die, teruggekeerd in hun eigen land, vertellen hoe door hun reis hun morele kijk op de werkelijkheid is veranderd.”
De ware pelgrim
Maar wat ís een pelgrim dan? “Ik heb me niet gewaagd aan een definitie. In pelgrimsstudies wordt er vanuitgegaan dat ‘pelgrim’ en ‘toerist’ sowieso in elkaar overlopende fenomenen zijn. Maar de vraag naar ‘de ware pelgrim’ kan, ook in het genootschap, best nog discussie geven. Ik herinner me een bijeenkomst van de Camino Academie met een lezing over pelgrimages voor een goed doel. Achter mij zat een heer hevig te snuiven. ‘De pelgrim is iemand die zijn ware zelf zoekt’, verklaarde hij stellig. Maar wat is ‘het ware zelf’ dan? Dat betekent voor iedereen wat anders. Als begeleider van reizen naar het ónheilige land komt het misschien vaker tot de vraag: ‘Waar is deze reis goed voor, wat is voor mij én de groep de morele betekenis?'”
“De pelgrim gaat de pelgrim achterna, maar de meesten zijn niet meer op de camino om per se de beenderen van Jacobus te vereren. Daarvoor moeten ze trouwens niet in Santiago, maar in Jeruzalem zijn. Zijn resten liggen, meer waarschijnlijk, in een ossuarium op de Olijfberg, in kistjes met daarin het verzamelde gebeente van de allereerste joodse christenen. Ik hou van legendes hoor, maar Jacobus was, denk ik, een apostel van het Heilige Land zelf, niet van Spanje.”
“Pelgrims naar Santiago lijken me vandaag minder bezig met de metafoor van Augustinus (354-430), die het leven zag als een reis naar God. Maar hoe duurzaam de postmoderne pelgrim is, zal nog moeten blijken. Ik denk hierbij aan de queeste die Paul Coelho in zijn roman De pelgrimstocht naar Santiago beschrijft, of aan de pelgrimsverslagen van celebrity’s zoals Shirley McLaine. Mij valt op dat pelgrimeren hier vooral een therapeutisch en Jungiaans fenomeen is geworden, waarbij het in het leven gaat om ‘zelfrealisatie’. Daar ben ik niet tegen hoor, ik heb dat ook zelf als zinnig ervaren. Maar je mag er best vraagtekens bij zetten: is dat het nu helemaal?”
Maatschappelijke verantwoordelijkheid
“In 2000 kwam ik als medewerker van Pax Christi voor het eerst in het Land. Daarna ben ik reizen gaan organiseren die ik solidariteitspelgrimages noemde. Tijdens zo’n reis ligt het accent op het bezoeken van ‘plaatsen die verontrusten’ en op ontmoetingen met christelijke, joodse en moslim vredesactivisten. Je kunt ook Israëlische kolonisten tegenkomen. De pelgrimage duurt ruim een week, en je beleeft hem als een emotionele achtbaan. Ik ben op mijn eerste reis in 2000 zelf ongelofelijk van mijn stuk geraakt. Heel heftig was het verhaal van een meisje dat me vertelde zo wanhopig te zijn over de situatie, dat ze er wel eens aan gedacht had zichzelf op te blazen. Je kan als pelgrim op zo’n reis niet in je beschutte bubble blijven. Heilige plaatsen? Vredespelgrims ervaren ze meer als ‘plaatsen met een verhaal’, die hen iets te zeggen hebben over onderdrukking, lijden, dood en opstanding vandaag. Het gaat om ontmoetingen met ‘levende stenen’, een term uit de Eerste Brief van Petrus (1:2). Ik noemde al Augustinus. Zijn hoofdwerk Over de stad van God (De Civitate Dei) gaat niet alleen over de eigen ziel en zaligheid, maar het is eigenlijk een politiek-theologisch werk, waarin het niet om het eigen ‘zelf’ draait, maar ook om de wereld waar je doorheen trekt, met alle vragen over macht en machteloosheid die daarbij horen. Op de camino kennen we het pelgrimstype dat meer lijkt op een zwerver. We waren in Vézelay toen daar een pelgrim bij het klooster aanklopte, die er vier maanden eerder ook al was geweest. ‘Dat is niet ons idee van pelgrimeren’, zei een van de zusters. Ik ben wat minder stellig, maar ik denk niet dat een pelgrimage er is om je verantwoordelijkheden te kunnen ontlopen.”
Uit je comfortzone
“Een typische alternatieve pelgrimsplaats in het Land is de educatieve vredesboerderij Tent of Nations van de boer en christen-pacifist Daoud Nassar. Hij maakte mee dat het Israëlische leger zijn complete boomgaard omverhaalde. Hij richtte een oude herdersgrot in als vredeskapel en bij de ingang ligt een steen met de tekst ‘We refuse to be ennemies’. Een andere christelijke Palestijn, Rifat Kassis, inspirator van de in Bethlehem gevestigde Alternative Tourism Group (die helpt bij het organiseren van ‘justice pilgrimages’) benadrukt dat een pelgrimage naar het Land verder moet gaan dan een spirituele en esthetische ervaring. Je moet uit je comfortzone komen. En dat is toch wat anders dan de langgerekte, knusse huiskamer die de camino is.”
“Dus ga je bidden bij de checkpoints of bij de Apartheidsmuur zoals de Palestijnen die noemen en waarop veel religieuze graffiti te zien is. Je kunt het natuurlijk houden bij een bezoek aan de Heilige Grafkerk of je gaat bootje varen op het Meer van Galilea en op dat bootje eucharistie vieren, maar Palestijnen vragen de pelgrim om dat met hèn te doen, aan hun altaren. Een vredespelgrim zoekt dus verbinding en betrokkenheid, ook in levensbeschouwelijke zin, maar dat kan net zo goed zijn met rabbijnen die zich inzetten voor mensenrechten. Hij verandert hierdoor. Na afloop van de reis deelt hij zijn ervaringen in zijn geloofsgemeenschap of netwerk en hij blijft vaak duurzaam betrokken.”
Gied ten Berge, Pelgrimeren met een missie. Het Palestijnse ‘Kom en zie’-initiatief in cultuurwetenschappelijk en historisch-theologisch perspectief, Groningen, 2020, ISBN 978-94-6375-861-1. €20,- Bestellen per mail: crh@rug.nl
Deze blog verscheen december 2020 als artikel in de Jacobsstaf, het lijfblad van caminogangers van het Nederlandse Genootschap van Sint Jacob.
________________________________________________________________________________________________________________
Deze blog bevat affiliate links.
Geplaatst in Azië, Ontmoeten
Gelabeld met Literatuur en films, Pelgrimeren