Marrakech: bij elke stap ligt een heilige
‘Ik ga naar de Zeven Heiligen’ is voor veel mensen in Marokko nog altijd synoniem voor ‘Ik ga naar Marrakech’. Maar eenmaal in Marrakech is het voor de westerse én Marokkaanse reiziger niet zo makkelijk uit te vinden wie die zeven beschermheiligen nu precies zijn. Bovendien houden zich naast de groep van zeven nog honderden andere heiligen in Marrakech op. ‘Bij elke stap ligt een heilige’ luidt het gezegde en dat is ook bijna zo. Tijdens een wandeling in de medina, de oude stad van Marrakech, zoeken we er een aantal op.
We beginnen de wandeling op het levendige plein Jemaâ el-Fna aan de rand van de bazaar. Naast mobiele restaurantjes, saptentjes, slangenbezweerders, acrobaten, muzikanten en verhalenvertellers zijn er ook altijd traditionele dokters te vinden. Ze vallen niet op tussen het tumult, ze zitten rustig op kleine krukjes of op een kleed, in de volle zon of in de schaduw van een paraplu, te wachten op klandizie. Voor sommigen van hun klanten begint hier de tocht naar een heilige.
Zoals Mohamed uit de wijk Sidi Ben Slimane, die problemen heeft met roken en drinken waardoor hij er niet toe komt om zich op gezette tijden aan het rituele gebed te wijden. Hij wil zijn leven beteren maar mist de ruggengraat om dat zelf te bereiken. Vandaar dat de traditionele dokter hem naar Sidi Bouloukate verwijst.
De man van de tijd
De heilige Sidi Bouloukate is halverwege de Riad Zitoun El-Kdim te vinden, een straat die in de zuidoosthoek van het plein, even voorbij Café Glacier en Hotel CTM, aan de rechterhand begint. Een ronde koepel, zo typisch voor heiligengraven, tooit ook de rustplaats van Sidi Bouloukate. De openstaande deur in de buitenmuur van zijn heiligdom komt snel rechts in het vizier. Hij geeft toegang tot een kleine betegelde binnenplaats met een geurende sinaasappelboom. Vanaf de deur is het lage met een groen kleed bedekte graf van Sidi Bouloukate goed zichtbaar. Mohamed gaat het heiligdom binnen, en raakt bij wijze van begroeting het graf met de rechterhand aan. Hij prevelt wat in zichzelf, en gaat vervolgens even bij het graf zitten. Voordat hij weer verdwijnt, stopt hij de vrouw die het heiligdom beheert iets toe. Zij, de mukaddima, kent het verhaal van haar heilige. “Sidi Bouloukate, ‘de man van de tijd, is eigenlijk de bijnaam van de heilige. Hij was een vrome man met een ijzeren discipline. Zijn hele leven lang voerde hij het rituele gebed exact op tijd uit.” Pelgrims als Mohamed hopen vurig dat ze iets van zijn doorzettingsvermogen meekrijgen. Ze vragen Sidi Bouloukate en Allah om steun om hun eigen doelen te bereiken.
Geesten
Een volgend doel van de wandeling is de Koutoubia, de grote monumentale moskee van Marrakech, aan de zuidwestkant van Jemaâ el-Fna. Over de minaret van de Koutoubia vertellen mensen talloze heiligenverhalen. De grafkoepel van Sidi Ali Bel Kacem overheerst de ommuurde begraafplaats schuin rechts achter de Koutoubia. “Sidi Ali Bel Kacem is hier niet voor niets begraven”, vertelt Ahmed, die bij de ingang van de begraafplaats zit en zegt een afstammeling van diens familie te zijn. “Sidi Bel Kacem is bedreven in het uitdrijven van kwade geesten. Hij was naar Marrakech gekomen, omdat hij had gehoord dat de voorloper van de Koutoubia-minaret door geesten in bezit was genomen. Niemand durfde er nog in. De sultan liet hem toen een paar keer de oproep tot het gebed daarboven doen waarop de geesten het op een lopen zetten. Je kon ze horen janken vanaf de rivier Tensift: ‘Weeeh, weeeh, weeeh!’ Sidi Ali Bel Kacem wierp vervolgens zijn stok vanaf de minaret naar beneden. Daar waar de stok terechtkwam, wilde hij begraven worden. Hier dus.” Een blik terug naar achteren, richting de Koutoubia, leert dat de heilige over een krachtige werptechniek moet hebben beschikt. “Sidi Ali Bel Kacem heeft nog de kracht van toen”, vertelt een oudere vrouw, die mee heeft staan luisteren, “de geesten die mij in hun greep hielden, kreeg hij onder controle. Ik bezoek de heilige geregeld om me goed te blijven voelen.”
Terug bij de Koutoubia is aan de andere kant van de drukke boulevard, recht voor het terras van Café Koutoubia, een rechthoekige uitsparing in de stoep zichtbaar, omgeven door een laag muurtje. Hier ligt Sidi Bou Jemaa. Zijn geschiedenis is akelig. Na een aanslag op zijn leven in de Koutoubia-moskee liep hij zwaar bloedend naar buiten. Hij bezweek op de plek waar hij nu nog rust. Volgens een stamgast van het café is er niemand die de heilige bezoekt, maar respect krijgt hij wel. “Stadsplanners hebben zijn graf willen ruimen, maar wie durft dat aan? Andere heiligen straften hun grafschenners genadeloos met enge ziekten of zelfs de dood!”
Kinderwens
Het terras van het café ligt ook recht tegenover het witte vierkante koepelgebouw van Lalla Zohra Bent El-Kouch, een vrouwelijke heilige. Haar heiligdom prijkt sinds jaar en dag samen met de Koutoubia op ansichtkaarten. Alleen laten oude foto’s nog deuren zien terwijl het gebouw inmiddels is dichtgemetseld. Er komen vele toeristen in de buurt van de Koutoubia en het gemeentebestuur van Marrakech moet hebben gedacht dat zichtbare heiligenverering geen visitekaartje is, niet iets van deze tijd, begrijp ik van een vriendin uit Marrakech. Ze vertelt hoe vrouwen in haar familie de vrouwelijke heilige wel bezochten als ze kinderen wilden krijgen. “Ze brandden er kaarsjes, smeerden er henna op het graf, en zeiden er hun gebeden. Als Lalla Zohra hun wens verhoorde, droegen ze het kind aan de heilige op. Die kinderen aten dan geen duiven, want volgens zeggen nam de heilige ’s nachts de gedaante van een duif aan en je wist maar nooit!” Zelf gelooft ze niet in dit soort dingen maar ze weet zeker dat ze nog onder grote groepen van de bevolking leven. “Ga maar eens bij Sidi Bel Abbès kijken!”
Geven van aalmoezen
Het heiligdom van Sidi Bel Abbès, de hoofdpatroon van de Zeven Heiligen, bevindt zich in het noorden van de medina, nabij stadspoort Bab Taghzout. Na de poort is de zaouia, het heiligdom van Sidi Bel Abbès, vrijwel in een rechte lijn in noordelijke richting te bereiken. Vooral op woensdag, Sidi Bel Abbès’ speciale bezoekdag, houden artiesten en dienstverleners van allerlei pluimage zich hier op. Waarzeggers bevinden zich ook in dit gezelschap: de een werkt met touwtjes waarmee hij de maten van de handen opneemt en de ander laat gesmolten tin, aldoun, in een emmer van water glijden en analyseert de wonderlijke vormen die zo ontstaan.
Op een houten kar ligt het snoepgoed opgestapeld dat pelgrims graag meenemen voor thuis: een mengsel van sesamkoekjes en felgele en knalroze suikerbrokken. “Barouk!”, roept een verkoper, om aandacht te vragen voor zijn zoetige souvenirs met zegenende kracht.
Het zijn vooral bedelaars en gehandicapten die in groten getale opduiken bij het heiligdom van Sidi Bel Abbès. Hij staat algemeen bekend als de heilige die het geven van aalmoezen, de sadaqa, predikte. Alle wonderen die hij verrichtte voor mensen volgden op giften om beloften om giften te doen. Iedereen die deze heilige iets te vragen heeft, heeft daarom zeker wat geld of een ander cadeau bij zich. Aisha, een goed geklede vrouw, die onderweg is naar de heilige laat een paar suikerkegels zien: “Ik was hier krap een jaar geleden, omdat ik maar geen kinderen kreeg. De beheerder bij Sidi Bel Abbès gaf me een amulet en nu heb ik een dochter. Dus kom ik de heilige bedanken.” Aisha vertelt verder dat ze advocate is en uit Marrakech komt: “Mensen zeggen altijd dat alleen analfabetische vrouwen en Berber-boeren nog in heiligen geloven, maar dat is niet waar. Het heiligenbezoek is wel minder geworden, maar als de nood hoog is, komt iedereen weer terug. Kijk maar naar mij!”
Sidi Bel Abbès’ heiligdom omvat niet alleen zijn grafmonument maar ook een moskee, en vele armenhuizen. De straten rond uitgestrekte heiligdommen zijn ook sacraal gebied en werden in het verleden soms afgezet met kettingen om christelijke toeristen duidelijk te maken dat het verboden gebied voor hen is. Tegenwoordig kunnen westerlingen zonder problemen tot op het grote plein naast Sidi Bel Abbès’ heiligdom met zijn glimmende groene dakpannen komen. Daar, in de koelte van een galerij rechts zit een rij blinde mannen. Voor wie dat wil, reciteren ze stukken uit de Koran of douâa’s, smeekgebeden. Maar gelovigen grijpen alles aan om wensen zo krachtig en duidelijk mogelijk aan heiligen of Allah te communiceren. Zelfs sarjem el-wali, het raam van de heilige. Het gietijzeren raster in de muur recht vooruit hangt vol met kleurige hangslotjes en draadjes waarmee pelgrims Sidi Bel Abbès bijna letterlijk aan zichzelf en hun wensvervulling binden.
Deze blog verscheen als verhaal in Te Gast In Marokko.
Reistip:
Ga met Mariëtte van Beek, iniatiefneemster van Mirakelz Reizen, op pelgrimsreis naar Marokko. Info: Pelgrimsreis Marokko: wandelen in Marrakech en het Atlasgebergte
Geplaatst in Afrika, Fietsen & wandelen, Ontmoeten
Gelabeld met Pelgrimeren, Weetjes